Hieronder een korte uitleg van de wapens en typen geschut die wij hebben en waarvoor ze dienden.

3-Ponder

Ons primaire wapen is een zogenaamde 3 ponder, een voorlader. Dat wil zeggen dat zowel de lading als de kanonskogel er van voren ingingen en ook weer van voren eruit kwamen. De projectielen waarmee geschoten werd, waren massieve gietijzeren of stenen kogels van 3 pond (ongeveer 1,5 - 2 kilo), vandaar de term 3-ponder. Naast massieve kogels kon er ook kartets worden geladen. Dat zijn blikken gevuld met kleinere kogels. Als deze wordt afgeschoten scheurt het blik open en worden de kleinere kogels weggeslingerd.
Dit type geschut valt onder het zogenaamde vlakbaansgeschut. Dat wil zeggen dat de loop praktisch horizontaal ligt en de kanonkogel door het veld heen stuitert (ricocheert). Deze was dus zeer effectief tegen linies van soldaten en kon bij goed schieten hele rijen omver kegelen. De maximale reikwijdte van de 3 ponder ligt om en nabij de 800 meter, maar met deze afstand kun je zoveel deviatie krijgen, dat mikken lastig wordt. Effectief waren deze tot ongeveer 300 meter.

Het stuk dat u op de foto's ziet is een replica, naar origineel model in het museum in Soesterberg. Wij schieten met losse flodders (alleen de kruitlading) en geen kanonskogel ervoor. Het effect dat je krijgt is een grote knal en een flinke rookwolk.

Houwitser

Het tweede stuk dat wij hebben is een zogenaamde houwitser. Ook hier gaat alles er aan de voorkant in en komt er weer aan de voorkant uit. Dit type geschut valt onder het zogenaamde krombaangeschut. Dat wil zeggen dat de kogels in een boog werden weggeschoten om zo over heuvels of andere obstakels te komen. De hoek van de loop is ook groter dan die van de 3 ponder en ligt om en nabij de 40-45 graden. Naast massieve kogels waren deze wapens ook al geschikt om explosieve ladingen weg te schieten.
Doordat de loop korter is, is ook de reikwijdte korter. Waarbij je met de 3 ponder nog 800 meter haalde, haalde je hier maximaal 300-350 meter met een effectieve reikwijdte van om en nabij de 200 meter.

Ook dit stuk is een replica naar orgineel model.

Musket en sabel

Om zichzelf te kunnen verdedigen beschikten de kanonniers over 2 wapens. Een musket en een sabel.

Een musket is een enkelschots voorlader. Ook hier gaat net zoals bij voorgaande typen geschut alles aan de voorkant erin en komt er aan de voorkant weer uit. De lading bestaat uit ongeveer 10-15 gram kruit in een papieren patroon, met een loden musketkogel ervoor (diameter musketkogel 1,6 tot 1,8 cm). De reikwijdte van een musket was maximaal 100 meter, maar dan had de musketkogel nog maar heel weinig momentum en kon ook al behoorlijk afwijken van zijn baan. Effectieve reikwijdte was maximaal 30 meter waarbij je een tegenstander behoorlijk kon verwonden of doden. In vergelijking met een kanon of houwitser moest je redelijk veel handelingen verrichten om een musket schietklaar te maken.

De musketten die wij in ons bezit hebben zijn originele en replica's door elkaar.

Als laadste redmiddel beschikte men of een zogenaamde "Sabre Briquet" oftewel een artilleriesabel. Dit wapen is een afgeleide van de sabels van grenadiers, alleen ingekort (lengte 60 tot 62 cm). Naast dat je je met dit wapen kon verdedigen als uiterste redmiddel (ze waren zwaar en lastig te handelen), werden ze voornamelijk gebruik om vegetatie weg te kappen en hout in stukken te hakken. 

Ook hier gebruiken wij originele en replica's door elkaar.